My favorite animal is a peacock... for one thing because of it's color...
Mijn favoriete dier .... :
Als het om goede doelen gaat, vanwege de associatie met trots.
Goede doelen mogen trots zijn op wat ze goed doen!
In het proces van fondsenwerving kan men dat maar beter niet vergeten. En de pauw is een symbool van trots (al wordt zijn trots soms gezien als een beetje overdreven; dat moet natuurlijk weer niet het voorbeeld zijn). De kunst is dan goed weer te geven wat het is dat je goed doet, waarom het belangrijk is, en waarom het met geld gesteund zou moeten worden.
Vandaar mijn interesse in pauwen.
Ook natuurlijk vanwege de mooie blauw-groene kleuren.
Vandaar deze foto.
Met dank aan Marty Coleman, de maker van deze foto.
Ik ken hem als Napkin Dad, een vader die al jaren zijn dochters een getekend servet meegeeft naar school. Deze zet hij op zijn blog met de naam, The Napkin Dad Daily. Die tekeningen zijn vol humor en mededogen. En hij gaat soms terug op de wijsheid van denkers van lang geleden. Hier is bijvoorbeeld een mooie over vooroordelen: 'bigotry': dat mensen soms geneigd zijn absurde dingen te geloven, maar als de beter nadenken dan zouden ze inzien dat het absurd is. Hij citeert in het begeleidend commentaar Voltaire. Zie de 'napkins on bigotry'.
Er spreekt uit dit project van hem zoveel aandacht voor zijn kinderen uit, dat je zo'n tekening maakt elke dag. Ook iets om trots op te zijn.
Thank you Marty Coleman for kindly lending your work for my blog! I use it because the peacock is a symbol of proudness. From your work I sense that you have so much attention for the wellbeing of your children. You are proud of them, and should be proud of this daily work, too.
I like the napkins on bigotry. I recognize much of what you are saying. For those who know me, and my research on philosophical theory about justice will understand straight away. Those I've worked with recently, on projects about children that are underprivileged will understand as well. I will write about that more often, thought not necessarily in English. Writing this though, I feel that I should. -to be continued-
Marty Colemans photographic work can be found on his homepage (www.martycoleman.com)
I found this picture on his Flickr page.
BLOGPOSTS:
SOS-talent onderzoek: voortijdig schoolverlaten allochtone en autochtone jongeren
Impact meten van sociale projecten
Steun de Kindertelefoon (in de wedstrijd van Rabo Dichtbijfonds)
* fondsenwerving * goede doelen * werven * schrijven * ondernemen * plezier * social media * online fundraising *
donderdag 30 september 2010
woensdag 22 september 2010
Impact meten van sociale projecten
Op 21 september organiseerde de START foundation in samenwerking met ECSP (Erasmus CEntre for Strategic Philantropy) een studiedag over de impact van sociale projecten.
Behoefte om social impact te metenbij financiers en initiatiefnemers van sociale projecten
"Bij de aanpak van een maatschappelijk probleem, zoals bijvoorbeeld werkloosheid, eenzaamheid of onveiligheid in de wijk, is de blik vooral gericht op het probleem en op de bijbehorende activiteiten. De (te verwachten) impact komt vaak niet of nauwelijks aan bod. Terwijl dáár toch de winst moet zitten als je als overheid of als fonds je geld investeert in een project of een traject dat ook daadwerkelijk impact heeft op de maatschappij. Maar wat is maatschappelijke impact eigenlijk, hoe meet je het en waarom?"
Instrumenten en beperkingen
Er zijn inmiddels verschillende instrumenten ontwikkeld om impact te becijferen. SROI, social return on investment, werd tijdens de dag als afkorting bekend verondersteld, zelfs. Het sluit aan bij de wens van financiers om te trachten de impact te 'kapitaliseren' of 'monetariseren'.
Leuk aan de conferentie was dat eigenlijk bijna iedereen wees op het feit dat dat ook een valkuil kan zijn. En dat er vooral moet worden gekeken naar wat er niet in cijfers gevangen kan worden.
Professor Heertje met een gevatte conclusie
De meest uitgesproken mening daarover kwam in het slotwoord van prof Heertje. Eigenlijk verwoordde hij het zoals al velen het hadden gezegd. Dat kan vervelend zijn - maar prof Heertje bracht het zo grappig, dat dat helemaal geen bezwaar was. Hij sloot ook meteen aan bij de actualiteit - terwijl wij aan het confereren waren had De Majesteit de Troonrede uitgesproken. Daarin was in een adem genoemd dat mensen nu steeds ouder worden, en dat dat meer kosten met zich meebracht. Volgens de 76-jarige econoom leidt het almaar 'in geld denken' tot veel gezeur en geklaag. Terwijl we juist blij moeten zijn met bepaalde ontwikkelingen. "Algemeen wordt vergrijzing gezien als een kostenpost. Maar het levert ook veel nut op. Ik ben daarvan het levende voorbeeld!" stelde de emeritus hoogleraar met veel gevoel voor ironie. Hij had de volle zaal net verteld dat hij als 80 90 jaar les geeft en de lachers geheel op zijn hand.
Meer keuzes dan je in een dag aankan...
Er waren alles bij elkaar 9 workshops om uit te kiezen en (slechts) twee rondes, dus het was moeilijk kiezen welke nu het meest interessant was. Uiteindelijk was ik bij een presentatie over storytelling als methode om de effecten en lessen van een project achteraf met alle betrokkenen door te nemen. Een intensieve methode. Het was ook aanleiding voor boeiende gesprekken, wanneer dat nou wel en wanneer niet toepasbaar was. De consensus was toch wel dat zo'n methode goed moet worden voorbereid, en alleen werkt als men zich onderling veilig genoeg voelt. Ook hoogwaardigheidsbekleders, financiers en beleidsmakers zouden eigenlijk betrokken moetn zijn bij het 'vertellen van het verhaal van de verandering'. Dat zal ook wel eens moeilijk zijn. Boeiend.
Impactgeld te vergeven...
Heel aardig was dat elke bezoeker bij binnenkomst 100euro aan 'impact geld 'kreeg om gedurende de dag te geven aan een of twee van drie partners/projecten die door START worden gefinancierd. Allemaal draait het om mensen de weg naar de arbeidsmarkt vergemakkelijken, voor wie het vaak niet eenvoudig is. I-did slow fashion, bijvoorbeeld helpt jonge vrouwen door ze werkervaring te latne opdoen in een modebedrijf. Als je dan de andere projecten ziet, dan kun je moeilijk kiezen. Oudere werklozen de weg terug naar de arbeidsmarkt laten vinden is wat het tweede project wil. Uiteindelijk won het project voor mensen met een handicap de meeste impacteuro's (ruim 5000 van de 12.000 te vergeven euro's.)
Presentaties online
Ook aardig is dat op de site van de START foundation presentaties en video's van plenaire delen zullen worden geplaatst (en ten dele al zijn geplaatst nu ik dit schrijf). Zie daarvoor deze link naar de pagina over de conferentie over meten van social impact.
Ik heb er zulke inspirerende gesprekken gehad, zelfs nog op weg naar het station in Rotterdam, dat ik de effecten van de dag nog wel een tijdje zal merken. Ik werd geïnspireerd door al die goede ideeën, en zag wel samenwerkingsmogelijkheden hier en daar. Dus dat wordt afspraken plannen binnenkort.
Behoefte om social impact te metenbij financiers en initiatiefnemers van sociale projecten
"Bij de aanpak van een maatschappelijk probleem, zoals bijvoorbeeld werkloosheid, eenzaamheid of onveiligheid in de wijk, is de blik vooral gericht op het probleem en op de bijbehorende activiteiten. De (te verwachten) impact komt vaak niet of nauwelijks aan bod. Terwijl dáár toch de winst moet zitten als je als overheid of als fonds je geld investeert in een project of een traject dat ook daadwerkelijk impact heeft op de maatschappij. Maar wat is maatschappelijke impact eigenlijk, hoe meet je het en waarom?"
Instrumenten en beperkingen
Er zijn inmiddels verschillende instrumenten ontwikkeld om impact te becijferen. SROI, social return on investment, werd tijdens de dag als afkorting bekend verondersteld, zelfs. Het sluit aan bij de wens van financiers om te trachten de impact te 'kapitaliseren' of 'monetariseren'.
Leuk aan de conferentie was dat eigenlijk bijna iedereen wees op het feit dat dat ook een valkuil kan zijn. En dat er vooral moet worden gekeken naar wat er niet in cijfers gevangen kan worden.
Professor Heertje met een gevatte conclusie
De meest uitgesproken mening daarover kwam in het slotwoord van prof Heertje. Eigenlijk verwoordde hij het zoals al velen het hadden gezegd. Dat kan vervelend zijn - maar prof Heertje bracht het zo grappig, dat dat helemaal geen bezwaar was. Hij sloot ook meteen aan bij de actualiteit - terwijl wij aan het confereren waren had De Majesteit de Troonrede uitgesproken. Daarin was in een adem genoemd dat mensen nu steeds ouder worden, en dat dat meer kosten met zich meebracht. Volgens de 76-jarige econoom leidt het almaar 'in geld denken' tot veel gezeur en geklaag. Terwijl we juist blij moeten zijn met bepaalde ontwikkelingen. "Algemeen wordt vergrijzing gezien als een kostenpost. Maar het levert ook veel nut op. Ik ben daarvan het levende voorbeeld!" stelde de emeritus hoogleraar met veel gevoel voor ironie. Hij had de volle zaal net verteld dat hij als 80 90 jaar les geeft en de lachers geheel op zijn hand.
Meer keuzes dan je in een dag aankan...
Er waren alles bij elkaar 9 workshops om uit te kiezen en (slechts) twee rondes, dus het was moeilijk kiezen welke nu het meest interessant was. Uiteindelijk was ik bij een presentatie over storytelling als methode om de effecten en lessen van een project achteraf met alle betrokkenen door te nemen. Een intensieve methode. Het was ook aanleiding voor boeiende gesprekken, wanneer dat nou wel en wanneer niet toepasbaar was. De consensus was toch wel dat zo'n methode goed moet worden voorbereid, en alleen werkt als men zich onderling veilig genoeg voelt. Ook hoogwaardigheidsbekleders, financiers en beleidsmakers zouden eigenlijk betrokken moetn zijn bij het 'vertellen van het verhaal van de verandering'. Dat zal ook wel eens moeilijk zijn. Boeiend.
Impactgeld te vergeven...
Heel aardig was dat elke bezoeker bij binnenkomst 100euro aan 'impact geld 'kreeg om gedurende de dag te geven aan een of twee van drie partners/projecten die door START worden gefinancierd. Allemaal draait het om mensen de weg naar de arbeidsmarkt vergemakkelijken, voor wie het vaak niet eenvoudig is. I-did slow fashion, bijvoorbeeld helpt jonge vrouwen door ze werkervaring te latne opdoen in een modebedrijf. Als je dan de andere projecten ziet, dan kun je moeilijk kiezen. Oudere werklozen de weg terug naar de arbeidsmarkt laten vinden is wat het tweede project wil. Uiteindelijk won het project voor mensen met een handicap de meeste impacteuro's (ruim 5000 van de 12.000 te vergeven euro's.)
Presentaties online
Ook aardig is dat op de site van de START foundation presentaties en video's van plenaire delen zullen worden geplaatst (en ten dele al zijn geplaatst nu ik dit schrijf). Zie daarvoor deze link naar de pagina over de conferentie over meten van social impact.
Ik heb er zulke inspirerende gesprekken gehad, zelfs nog op weg naar het station in Rotterdam, dat ik de effecten van de dag nog wel een tijdje zal merken. Ik werd geïnspireerd door al die goede ideeën, en zag wel samenwerkingsmogelijkheden hier en daar. Dus dat wordt afspraken plannen binnenkort.
maandag 20 september 2010
Steun de Kindertelefoon
Een snel bericht. Omdat ik vind dat de Kindertelefoon in Utrecht een stem van al mijn lezers verdient. De Kindertelefoon geeft kinderen die ergens mee zitten de kans daarover te bellen of chatten...
Dat is mooi.
Dat moet blijven.
Maar dan moet er wel iets gebeuren aan de internetverbinding, die moet nodig vernieuwd worden.
Kijk maar naar de video:
Een nieuwe manier van fondsenwerven. Het (Rabobank) Dichtbijfonds stelt 100.000 euro beschikbaar voor 21 verenigingen/stichtingen in de regio. Door een filmpje te maken en stemmen te werven, kun je in aanmerking komen voor een bijdrage.
Dat is mooi.
Dat moet blijven.
Maar dan moet er wel iets gebeuren aan de internetverbinding, die moet nodig vernieuwd worden.
Kijk maar naar de video:
Een nieuwe manier van fondsenwerven. Het (Rabobank) Dichtbijfonds stelt 100.000 euro beschikbaar voor 21 verenigingen/stichtingen in de regio. Door een filmpje te maken en stemmen te werven, kun je in aanmerking komen voor een bijdrage.
vrijdag 10 september 2010
SOS - Voortijdig schoolverlaten, allochtone en autochtone jongeren
Ik lees voor het bedrijfsplan van SOS-talent een factsheet van FORUM over voortijdig schoolverlaten.
Vraagstelling
De vraagstelling is: hoeveel jongeren stoppen met school, wat zijn de achtergronden daarvan, zijn er verschillen tussen autochtone en allochtone jongeren, wat zijn verklaringen en wat helpt om dit tegen te gaan?
Vooronderstellingen of feiten
Een veronderstelling die je wel eens hoort, is dat kinderen van allochtonen minder zouden kunnen. (Ja echt, er zijn middelbare scholen die dat zonder blikken of blozen durven beweren...). Dat wordt door dit onderzoek geheel niet ondersteund.
Een bepalende factor voor succes op school is de sociaaleconomische status van de ouders. Als gegevens over vroegtijdig schoolverlaten gecorrigeerd worden voor sociaaleconomische status van ouders, dan blijkt etniciteit geen effect te hebben. (!)
Een lage opleiding van ouders is wel een indicatie dat een kind of jongere mogelijk meer zorg nodig heeft (dan autochtone jongeren). Zijn er dan geen verschillen? Ja natuurlijk wel. Al was het maar, omdat onder allochtonen tot nu toe het percentage mensen met alleen een lagere opleiding hoog is (dat dan weer wel). Dat wordt ook vaak genoemd in literatuur over achterstandswijken. De achterstand heeft een kleur gekregen.
Ook laat het onderzoek zien dat allochtone jongeren áls ze school verlaten, andere redenen hebben dan autochtone jongeren om de school voortijdig te verlaten. Allochtone jongeren doen dat vaker omdat ze geen stage kunnen vinden (!), autochtone jongeren omdat ze een leuke baan hebben gevonden. Een ander opvallend feit is, dat allochtone jongeren die wel de school met diploma verlaten, vaker doorstromen naar hoger onderwijs, dan autochtone jongeren. (Wat daar achter zit, daar zou je naar kunnen gissen. Dat doe ik nu even niet.)
Allochtone jongeren vinden moeilijker een stage? Wat doen we er aan?
Wat dan belangrijk is om die trend tegen te gaan. Het is mogelijk dat autochtone jongeren geen stage vinden omdat ze zichzelf niet afdoende weten te presenteren (en misschien is het lastig om vooroordelen te weerleggen, vrouwen hebben daar ook jaren last van gehad...).
Proeven waarbij actief wordt gewerkt om werkgevers te overtuigen stageplaatsen te bieden, en de kwaliteiten van de stagiaires door bemiddelaars worden gepresenteerd, blijken te werken (dat is de ervaring in gemeente Utrecht in de wijk Kanaleneiland).
Voordat kinderen afhaken...
Het voortraject tijdens de schoolfase komt aan de orde in dit rapport. Factoren die de jongeren sterker maken zijn: ouderbetrokkenheid, meer begrip van de arbeidsmarkt en het onderwijssysteem. Voor de jongeren zelf, wanneer sprake is van taalachterstand, blijkt voor- en vroegschoolse educatie (VVE) programma’s goed te werken. (Dit geldt overigens voor kinderen met taalachterstand in het algemeen, niet alleen voor kinderen van migranten. ) Hier wordt door het Rijk de komende jaren ook op ingezet om meer kinderen in die programma’s op te nemen.
Wat werkt om schooluitval te voorkomen?
Wat goed werkt om schooluitval te voorkomen, is in Nederland nog niet goed onderzocht, zo stelt het door FORUM uitgegeven factsheet. Er is wel onderzoek uit andere landen. Methoden die werken, zijn mentorprogramma’s en maatjes projecten. Wanneer jongeren die niet veel ouder zijn dan de leerlingen zelf een voorbeeldfunctie vervullen, blijken de kinderen vooruit te gaan. Wat ook goed werkt zijn financiële prikkels. In dit geval kan dat bestaan uit verwijzing naar inkomensondersteunende voorzieningen. Onze ervaring is dat verwijzen niet volstaat, maar dat er warme overdracht – in dit geval van ouders – nodig is - naar organisaties die helpen om deze regelingen te begrijpen en in te schrijven.
Voor een adequate aanpak is dan ook nodig om in een project op te nemen;
- taalondersteuning; ondersteuning bij vakken waar taalachterstand een belemmering kan zijn
- sociaal emotionele ondersteuning van de kinderen
- begeleiding van ouders bij beter begrip van de school
- warme overdracht naar inkomensondersteunende voorzieningen
Ons project, SOS-talent, sluit hier zo mooi bij aan. Er wordt in al deze punten voorzien. Het begint bij gewoon ruimte bieden om huiswerk te maken. Maar het werkt veel verder met een 'geïntegreerde' aanpak ; het doel is ouders, kind en school ondersteuning te bieden waar nodig; en ook het sociaal systeem eromheen wordt bij de begeleiding niet vergeten. De werkwijze omvat daarom ook op de volgende aspecten in:
- sociaal-emotionele ondersteuning, empowerment, leren leren en plannen en identiteitsvormend tegenover de kinderen;
- activerend / outreachend naar de ouders en (desgewenst)
- ondersteunend naar de school.
Fantástisch leuk, wanneer je de onderbouwing van een plan terugvindt in één rapport - zoals dit factsheet over "voortijdig schoolverlaten, allochtone en autochtone jongeren" door Radboud universiteit gemaakt in opdracht van FORUM, multicultureel centrum. Ik ben echt blij met dat rapport.
Vraagstelling
De vraagstelling is: hoeveel jongeren stoppen met school, wat zijn de achtergronden daarvan, zijn er verschillen tussen autochtone en allochtone jongeren, wat zijn verklaringen en wat helpt om dit tegen te gaan?
Vooronderstellingen of feiten
Een veronderstelling die je wel eens hoort, is dat kinderen van allochtonen minder zouden kunnen. (Ja echt, er zijn middelbare scholen die dat zonder blikken of blozen durven beweren...). Dat wordt door dit onderzoek geheel niet ondersteund.
Een bepalende factor voor succes op school is de sociaaleconomische status van de ouders. Als gegevens over vroegtijdig schoolverlaten gecorrigeerd worden voor sociaaleconomische status van ouders, dan blijkt etniciteit geen effect te hebben. (!)
Een lage opleiding van ouders is wel een indicatie dat een kind of jongere mogelijk meer zorg nodig heeft (dan autochtone jongeren). Zijn er dan geen verschillen? Ja natuurlijk wel. Al was het maar, omdat onder allochtonen tot nu toe het percentage mensen met alleen een lagere opleiding hoog is (dat dan weer wel). Dat wordt ook vaak genoemd in literatuur over achterstandswijken. De achterstand heeft een kleur gekregen.
Ook laat het onderzoek zien dat allochtone jongeren áls ze school verlaten, andere redenen hebben dan autochtone jongeren om de school voortijdig te verlaten. Allochtone jongeren doen dat vaker omdat ze geen stage kunnen vinden (!), autochtone jongeren omdat ze een leuke baan hebben gevonden. Een ander opvallend feit is, dat allochtone jongeren die wel de school met diploma verlaten, vaker doorstromen naar hoger onderwijs, dan autochtone jongeren. (Wat daar achter zit, daar zou je naar kunnen gissen. Dat doe ik nu even niet.)
Allochtone jongeren vinden moeilijker een stage? Wat doen we er aan?
Wat dan belangrijk is om die trend tegen te gaan. Het is mogelijk dat autochtone jongeren geen stage vinden omdat ze zichzelf niet afdoende weten te presenteren (en misschien is het lastig om vooroordelen te weerleggen, vrouwen hebben daar ook jaren last van gehad...).
Proeven waarbij actief wordt gewerkt om werkgevers te overtuigen stageplaatsen te bieden, en de kwaliteiten van de stagiaires door bemiddelaars worden gepresenteerd, blijken te werken (dat is de ervaring in gemeente Utrecht in de wijk Kanaleneiland).
Voordat kinderen afhaken...
Het voortraject tijdens de schoolfase komt aan de orde in dit rapport. Factoren die de jongeren sterker maken zijn: ouderbetrokkenheid, meer begrip van de arbeidsmarkt en het onderwijssysteem. Voor de jongeren zelf, wanneer sprake is van taalachterstand, blijkt voor- en vroegschoolse educatie (VVE) programma’s goed te werken. (Dit geldt overigens voor kinderen met taalachterstand in het algemeen, niet alleen voor kinderen van migranten. ) Hier wordt door het Rijk de komende jaren ook op ingezet om meer kinderen in die programma’s op te nemen.
Wat werkt om schooluitval te voorkomen?
Wat goed werkt om schooluitval te voorkomen, is in Nederland nog niet goed onderzocht, zo stelt het door FORUM uitgegeven factsheet. Er is wel onderzoek uit andere landen. Methoden die werken, zijn mentorprogramma’s en maatjes projecten. Wanneer jongeren die niet veel ouder zijn dan de leerlingen zelf een voorbeeldfunctie vervullen, blijken de kinderen vooruit te gaan. Wat ook goed werkt zijn financiële prikkels. In dit geval kan dat bestaan uit verwijzing naar inkomensondersteunende voorzieningen. Onze ervaring is dat verwijzen niet volstaat, maar dat er warme overdracht – in dit geval van ouders – nodig is - naar organisaties die helpen om deze regelingen te begrijpen en in te schrijven.
Voor een adequate aanpak is dan ook nodig om in een project op te nemen;
- taalondersteuning; ondersteuning bij vakken waar taalachterstand een belemmering kan zijn
- sociaal emotionele ondersteuning van de kinderen
- begeleiding van ouders bij beter begrip van de school
- warme overdracht naar inkomensondersteunende voorzieningen
Ons project, SOS-talent, sluit hier zo mooi bij aan. Er wordt in al deze punten voorzien. Het begint bij gewoon ruimte bieden om huiswerk te maken. Maar het werkt veel verder met een 'geïntegreerde' aanpak ; het doel is ouders, kind en school ondersteuning te bieden waar nodig; en ook het sociaal systeem eromheen wordt bij de begeleiding niet vergeten. De werkwijze omvat daarom ook op de volgende aspecten in:
- sociaal-emotionele ondersteuning, empowerment, leren leren en plannen en identiteitsvormend tegenover de kinderen;
- activerend / outreachend naar de ouders en (desgewenst)
- ondersteunend naar de school.
Fantástisch leuk, wanneer je de onderbouwing van een plan terugvindt in één rapport - zoals dit factsheet over "voortijdig schoolverlaten, allochtone en autochtone jongeren" door Radboud universiteit gemaakt in opdracht van FORUM, multicultureel centrum. Ik ben echt blij met dat rapport.
zaterdag 4 september 2010
twitter leerervaring
Wat grappig. Ik twitter met regelmaat. Ook schrijf ik af en toe een aantal opmerkingen die bij elkaar horen. Het komt onder twitteraars vaker voor dat ze de tweets dan nummeren. En bij elke tweet aangeven de hoeveelste tweet uit een serie deze is.
Tweets verschijnen in mijn beeld in een 'timeline'. Elke nieuwe tweet verschijnt boven de ander. Een logische redenering zou je dan ook van onder naar boven moeten lezen. Val je midden in andermans langere tweet lijn, dan moet je diens profiel aanklikken en naar beneden scrollen. Een lastig gebeuren.
Even een voorbeeld. Zou ik bovenstaande eerste alinea in een twitter reeks willen vertellen, dan worden dat misschien wel drie berichtjes, en dan ontstaat het volgende beeld:
"En bij elke tweet aangeven de hoeveelste tweet uit een serie deze is. 3/3"
"Het komt onder twitteraars vaker voor dat ze de tweets dan nummeren. 2/3"
"Wat grappig. Ik twitter met regelmaat. Ook schrijf ik af en toe een aantal opmerkingen die bij elkaar horen. 1/3"
Zelf heb ik wel eens bij dubbel-tweets (een redenering over twee berichtjes), de volgorde aangepast. Ik had hem eerst al uit geschreven. Gezien dat hij niet paste. Knip de laatste stap uit het bericht (dat je nog niet verzendt). Je opent een tweede tab voor twitter in je browser. Zet het geknipte in een tweet. Vervolgens kan je de begin stap sturen. Eindigt de redenering in de goede volgorde in je timeline.
Het leverde mij onmiddellijk een reactie van een slimme volger op: "Zit jij nou de volgorde aan te passen?" Ja. Dat deed ik. En kennelijk werd dat onmiddellijk opgemerkt. (En misschien wel als ergelijk of onhandig ervaren. Dat had ik toen niet zo door....)
Wat er nou zo grappig was. Zojuist zette ik vijf tweets achter elkaar in mijn vorige blogpost. Voor de lezer van het blog mag het in de goede volgorde. Ik keek er nog eens naar. Zal ik het veranderen? Nee het is leuk om ook te laten zien hoe twitter werkt, dat er een leesbaar geheel in een tweet past. Ik bleef van de afkortingen en ingekorte zinnen af. Mijn schrijversneiging onderdrukte ik. Dat was moeilijk : volledige zinnen maken, is een soort gulden regel die mij met de academische paplepel is ingegoten. Die ik voor het bloggen af en toe uit zet...
Toen opende ik mijn blog om het "op de pagina" te lezen. En wat deed ik? Ik begon onderaan te lezen! En dat terwijl ik nog maar tien minuten op twitter aan het lezen was.
Ik heb al vaker gemerkt dat je als je maar lang ergens mee bezig bent, het je denken beïnvloedt. Dit is zo grappig. Nu heeft die opmerking van mijn oplettende volger indertijd ook ineens een nieuwe betekenis gekregen. Een nieuwe vraag opgeroepen: "Vond hij het irritant? Of alleen maar een beetje gek?"
Tweets verschijnen in mijn beeld in een 'timeline'. Elke nieuwe tweet verschijnt boven de ander. Een logische redenering zou je dan ook van onder naar boven moeten lezen. Val je midden in andermans langere tweet lijn, dan moet je diens profiel aanklikken en naar beneden scrollen. Een lastig gebeuren.
Even een voorbeeld. Zou ik bovenstaande eerste alinea in een twitter reeks willen vertellen, dan worden dat misschien wel drie berichtjes, en dan ontstaat het volgende beeld:
"En bij elke tweet aangeven de hoeveelste tweet uit een serie deze is. 3/3"
"Het komt onder twitteraars vaker voor dat ze de tweets dan nummeren. 2/3"
"Wat grappig. Ik twitter met regelmaat. Ook schrijf ik af en toe een aantal opmerkingen die bij elkaar horen. 1/3"
Zelf heb ik wel eens bij dubbel-tweets (een redenering over twee berichtjes), de volgorde aangepast. Ik had hem eerst al uit geschreven. Gezien dat hij niet paste. Knip de laatste stap uit het bericht (dat je nog niet verzendt). Je opent een tweede tab voor twitter in je browser. Zet het geknipte in een tweet. Vervolgens kan je de begin stap sturen. Eindigt de redenering in de goede volgorde in je timeline.
Het leverde mij onmiddellijk een reactie van een slimme volger op: "Zit jij nou de volgorde aan te passen?" Ja. Dat deed ik. En kennelijk werd dat onmiddellijk opgemerkt. (En misschien wel als ergelijk of onhandig ervaren. Dat had ik toen niet zo door....)
Wat er nou zo grappig was. Zojuist zette ik vijf tweets achter elkaar in mijn vorige blogpost. Voor de lezer van het blog mag het in de goede volgorde. Ik keek er nog eens naar. Zal ik het veranderen? Nee het is leuk om ook te laten zien hoe twitter werkt, dat er een leesbaar geheel in een tweet past. Ik bleef van de afkortingen en ingekorte zinnen af. Mijn schrijversneiging onderdrukte ik. Dat was moeilijk : volledige zinnen maken, is een soort gulden regel die mij met de academische paplepel is ingegoten. Die ik voor het bloggen af en toe uit zet...
Toen opende ik mijn blog om het "op de pagina" te lezen. En wat deed ik? Ik begon onderaan te lezen! En dat terwijl ik nog maar tien minuten op twitter aan het lezen was.
Ik heb al vaker gemerkt dat je als je maar lang ergens mee bezig bent, het je denken beïnvloedt. Dit is zo grappig. Nu heeft die opmerking van mijn oplettende volger indertijd ook ineens een nieuwe betekenis gekregen. Een nieuwe vraag opgeroepen: "Vond hij het irritant? Of alleen maar een beetje gek?"
Leren leren - tweets van de week
Deze week maakte onze T een werkstuk over de olieramp in de Mexicaanse golf. Hoe je een goede vraag kiest voor je werkstuk was al moeilijk.
Beetje helpen werd al gauw werken aan leren leren. Wat weet je al? Hoe noteer je dat? Mindmap gemaakt, dat is een uitkomst. #beelddenker
Mindmaps zijn voor mij zelf ook een uitkomst. soms laten je gedachten zich niet lineair structureren.Eerst losse ideeën verzamelen in een MM
Dan moet je niet stoppen: zoek de orde, of maak orde. Als je tekst schrijft, moet je immers een 'te volgen' verhaal maken #logischestappen
Maar hoe leer je nou iemand HOE je die stap maakt. Voorlopig houd ik het op voordoen. En hoop op navolging #beelddenker #logica #lerenleren
* * *
Beetje helpen werd al gauw werken aan leren leren. Wat weet je al? Hoe noteer je dat? Mindmap gemaakt, dat is een uitkomst. #beelddenker
Mindmaps zijn voor mij zelf ook een uitkomst. soms laten je gedachten zich niet lineair structureren.Eerst losse ideeën verzamelen in een MM
Dan moet je niet stoppen: zoek de orde, of maak orde. Als je tekst schrijft, moet je immers een 'te volgen' verhaal maken #logischestappen
Maar hoe leer je nou iemand HOE je die stap maakt. Voorlopig houd ik het op voordoen. En hoop op navolging #beelddenker #logica #lerenleren
* * *
Abonneren op:
Posts (Atom)